De wilde Mirabelle is een zeer oude wilde fruitsoort. Als ondersoort van pruimen wordt hij vaak verward met andere leden van het geslacht Prunus, zoals de kersenpruim, die ook eetbaar is.

Herken de wilde pruim
Mirabelle pruimen bloeien van april tot mei, terwijl de rijpe vruchten tussen augustus en september kunnen worden geoogst. Het zijn ronde, ongeveer 3 tot 5 centimeter grote vruchten in een rijke oranjegele kleur. De schil is vaak bespikkeld met roodachtige vlekken wanneer de wilde vrucht aan veel zon is blootgesteld. Ook bekend als gele pruimen, zijn mirabellenpruimen niet giftig en veelzijdig.
Deze delen van de Mirabelle pruim zijn eetbaar
Het zeer zoete vruchtvlees kan gemakkelijk uit de stenen kern worden verwijderd en op vele manieren worden gebruikt. Geniet van het wilde fruit, zowel rauw als gekookt. Dankzij hun zoetheid zijn mirabelpruimen ideaal als ingrediënten om te bakken, voor desserts of om te koken. Mirabellen brengen veel vitamine C mee als ze vers worden gegeten. Plantaardige stoffen zoals pectine en cellulose bevorderen de spijsvertering. Dankzij het hoge fructosegehalte is de vrucht een snelle energiebron. Bovendien kunnen de bloemen als thee worden gezet en kunnen zelfs de zachte jonge bladeren als gehakte kruiden worden gebruikt.