Ze zijn prachtig om te zien - zeker als ze in bloei staan: klimrozen. Zoals bijna alle rozen zijn deze echter behoorlijk gevoelig voor zorgfouten en trekken ze verschillende schimmel- en deficiëntieziekten en plagen aan. In het volgende artikel leest u op welke signalen u moet letten.

Schimmelziekten bij klimrozen
Menig schimmel kan worden vermeden door de klimroos op de juiste manier water te geven en te bemesten. Dit omvat ook het zo droog mogelijk houden van de bladeren en ze niet nat maken bij het water geven - rozenblaadjes zijn erg gevoelig voor vocht.
echte meeldauw
Echte meeldauw staat ook wel bekend als "echt weer echte meeldauw" omdat het vooral voorkomt in hete en droge zomers. Een plaag is te herkennen aan een witte, melige laag op knoppen en bladeren, maar is vrij goed te bestrijden met fungiciden of huismiddeltjes (bijzonder effectief is een spraybehandeling met een mengsel van water en volle melk gebleken).
grijze schimmel
Grijsschimmelrot komt vooral voor op plaatsen die te vochtig en/of te schaduwrijk zijn en is vooral waarneembaar door een grijzige schimmelgroei die vooral op de knoppen voorkomt. De behandeling wordt uitgevoerd door een moedige snoei.
rozenbladvlekkenziekte
Deze schimmel komt ook voor bij hoge luchtvochtigheid (vooral wanneer de rozenblaadjes niet lang kunnen drogen) en manifesteert zich door rode of zwarte vlekken met een lichter centrum, die vooral op de bladeren verschijnen. Aangetaste bladeren moeten worden verzameld en bij het huisvuil worden weggegooid.
rozenroest
Rozenroest is te herkennen aan de typische ronde, oranjegele tot oranjerode puisten op de bladeren. U kunt deze zeer besmettelijke ziekte voorkomen met een goede toevoer van kalium.
zwarte vlek
Een goede kalibemesting helpt ook tegen een infectie met zwarte vlek, wat te zien is aan gerafelde, bruinachtige tot violetzwarte vlekken op de bladeren.
Veelvoorkomend ongedierte
Naast de genoemde ziekten zijn er een aantal plagen die de voorkeur geven aan rozen. Degenen die bijzonder getroffen zijn, zijn al verzwakte exemplaren, die bovendien worden verzwakt door een besmetting. Deze plagen zijn onder meer:
- Geribbelde snuitkever
- Gemeenschappelijke rozensprinkhaan
- Gewone spint
- rozenbladluis
- bladwespen
- rozenblad mineervlieg
- rozengalwesp en bladgalwesp
In het geval van een besmetting moet de behandeling zo snel mogelijk worden uitgevoerd om wijdverbreide verspreiding te voorkomen. Bij voorkeur kunnen de natuurlijke vijanden van de genoemde plagen (bijvoorbeeld roofmijten en roofwantsen tegen spint en lieveheersbeestjes tegen bladluizen) worden ingezet.
tips
Om met name schimmelziekten te voorkomen, moeten gevallen bladeren van de klimroos altijd worden verzameld en met het huisvuil worden afgevoerd. Schimmelsporen blijven vaak aan de bladeren plakken, die overleven de winter en veroorzaken infectie in het voorjaar.