Hoewel de Japanse hulst tot hetzelfde plantengeslacht behoort als de Europese hulst, verschilt het er aanzienlijk van. Visueel lijkt het meer op het inheemse buxus, dat vaak als haag wordt geplant en ook op een vergelijkbare manier wordt gebruikt.

Plant de Japanse hulst
Hoewel Japanse hulst halfschaduw verdraagt, groeit hij veel dichter in de zon. Ze ligt ook graag beschut tegen de wind. De Japanse hulst houdt van een wat zure grond in plaats van alkalisch. Het kan ook een beetje vochtig zijn.
De Japanse hulst is slechts gedeeltelijk winterhard en dient in de winter goed tegen vorst te worden beschermd, bijvoorbeeld met een dikke laag blad en/of kreupelhout. In de herfst ontwikkelen zich zwarte bessen uit de bleekwitte bloemen. Helaas zijn deze bessen giftig.
Water en bemest de Japanse hulst
De Japanse hulst heeft veel water nodig omdat hij zeer gevoelige wortels heeft die in droge omstandigheden gemakkelijk beschadigen. Het verdraagt regenwater het best, daar dit geen kalk bevat. Als er geen regenwater beschikbaar is om te besproeien, laat dan het kraanwater een beetje opvallen.
Bemest uw Japanse hulst tijdens de zomermaanden ongeveer elke drie tot vier weken met een commerciële vloeibare meststof. In de winter en tijdens de bloeiperiode heeft Japanse hulst geen kunstmest nodig.
Het vermeerderen van de Japanse hulst
Japanse hulst kan worden vermeerderd door zaad of door stekken. Zaaien is echter een behoorlijk tijdrovende aangelegenheid. Stekken zijn daarom aan te raden voor ongeduldige tuiniers. Juli of augustus, wanneer de plant nog in het volle sap staat, is een goede tijd voor deze vorm van vermeerdering. Overigens kun je de Japanse hulst ook als bonsai kweken.
De essentie in het kort:
- groeit langzaam
- heeft nogal zure grond nodig
- houdt van een zonnige en beschutte standplaats
- regelmatig water geven
- regelmatig bemesten in de zomer
- alleen voorwaardelijk winterhard
- Vermeerdering door stokken of zaden
- Bessen zijn giftig!
tips
De Japanse hulst is een uitstekende haagplant en kan heel goed worden geplant in plaats van de buxus die besmet is met de buxusmot.