Eigenaren van kleine tuinen vragen zich vaak af of een mooie huisboom wel op hun eigendom past. In feite is het beter om geen bosboom op een kleine vierkante meter te planten, maar er is overal ruimte voor laagblijvende en smalle kleine bomen - zelfs op het balkon of terras.

Selectiecriteria voor de kleine huisboom
Door zijn grootte en groeivorm - de tuinman noemt dit habitus - bepaalt de huisboom het totaalbeeld van je tuin. In een kleine tuin moeten daarom zo laag mogelijke bomen met een uiteindelijke groeihoogte van maximaal acht tot twaalf meter worden geplant. Maar niet alleen de groeihoogte speelt een beslissende rol bij de selectie van het ras, ook de gewoonte mag niet worden genegeerd: een haagbeuk is bijvoorbeeld niet geschikt voor kleine tuinen omdat deze erg breed wordt. In plaats daarvan kunt u een smalle zuilvormige haagbeuk planten, die goed tot zijn recht komt als er weinig ruimte is. Bolbomen groeien ook vrij zwak, blijven compact en zijn bijzonder geschikt voor de voortuin.
Criteria voor het kiezen van de kleine huisboom in één oogopslag:
- bestaande locatie en bodemgesteldheid
- verwachte uiteindelijke maat / groeihoogte
- verwachte groeibreedte wanneer volgroeid
- jaarlijkse groeisnelheid (langzaam groeiend / snel groeiend)
- Groeiwijze (smal, uitgestrekt, rond, breed bossig…)
- Bijzonderheden (bloemen, vruchten, bladkleur en -vorm, wintergroen…)
De mooiste soorten voor in de moestuin
Zelfs een kleine huisboom mag niet tussen het huis, de haag of de perimetermuur en andere planten worden geperst. Geef het sieraad voldoende ruimte zodat het zijn volledige effect kan ontplooien. De meeste bomen staan het best als solitair of als stralend middelpunt van een borderbeplanting.
Sier- en wilde fruitbomen
De meeste wilde en sierfruitbomen blijven relatief klein en bieden tal van voordelen:
- De bomen vertonen in het voorjaar weelderige witte of roze bloemen
- In de zomer zorgen solitaire planten voor schaduw, vele zijn vogelbeschermingsbomen.
- Rassen met rood blad scoren ook in de zomer met hun verscheidenheid aan kleuren.
- In de herfst vormt een prachtige kleur van de bladeren het decor voor de boom.
- Appels, kleine kersen of pruimen rijpen ook.
- Deze zijn vaak eetbaar, maar voeren ook vogels en ander wild.
Zuilvormige bomen
Zuilvormige bomen zijn erg slank van vorm en nemen weinig ruimte in beslag, hoewel sommige soorten behoorlijk hoog kunnen worden. Er zijn zowel naald- als loofbomen in de vorm van kolommen, en sommige fruitbomen zijn zelfs bijzonder smal gefokt. Dit zijn geen gesnoeide bomen, maar speciale rassen. Deze behouden ook zonder snoeimaatregelen hun karakteristieke groeivorm.
bal bomen
Bolbomen zijn vaak zogenaamde koptransplantaten, waarvan de stam heel langzaam of helemaal niet groeit. De bolvormige kroon blijft ook op oudere leeftijd compact, waardoor de boom maar weinig schaduw werpt en dus goed geplant kan worden. Veel bolvormige bomen worden niet hoger dan drie tot vier meter.
Paraplu Bomen
Parasolvormige bomen die een brede, spreidende kroon ontwikkelen en daardoor het best tot hun recht komen op grotere groenvlakken, hebben aanzienlijk meer ruimte nodig. Ze zijn ideaal om in de zomer schaduw te geven of om de huisbank eronder te plaatsen.
Overhangende bomen
Bekende bomen met overhangende takken zijn de treurwilg, treurberk of de bladverliezende iep. Ze worden erg groot en hebben daarom veel ruimte in de tuin nodig. Er zijn echter ook hangende bomen die beduidend kleiner blijven en daarom ook goed passen in de kleine tuin of zelfs in een pot. Een mooi voorbeeld hiervan is de hangende wilde peer 'Pendula' (Pyrus salicifolia), die maximaal zes meter hoog en maximaal vier meter breed wordt.
tips
Ook zeer geschikt voor kleine tuinen zijn zogenaamde dwergbomen, vaak te herkennen aan het achtervoegsel 'Nana'.