Niet voor niets draagt de moerasgoudsbloem zijn naam. Het verwijst naar hun bloemkleur en voorkeurslocatie. Hij houdt van een vochtige en voedselrijke grond. Hun natuurlijke habitat wordt steeds meer beperkt door het aanleggen en droogleggen van natte weiden.

Waar voelt de moerasgoudsbloem zich echt thuis?
Vooral op natte weilanden, in braak- of heidebossen of aan de waterkant voelt de moerasgoudsbloem zich goed. Hierdoor is hij ideaal om in uw tuinvijver te planten. Het kan goed overweg met moeras vergeet-mij-nietje of narrenbloem.
De moerasgoudsbloem laat al in maart zijn heldere bloemen zien. De standplaats dient licht zonnig tot halfschaduw te zijn en graag in ondiep water te liggen. Waar sommige soorten de voorkeur geven aan een nogal kalkrijke grond, houden andere van een lichtzure bodem.
De belangrijkste standplaatstips voor de moerasgoudsbloem:
- voedselrijke zware grond
- ideaal: ondiep water met een waterdiepte van ongeveer 10 cm
- licht zonnig tot halfschaduw
tips
De bloesems van de goudsbloem laten uw tuinvijver al in maart geel gloeien.