Hun bloemen zijn kleiner dan die van viooltjes. Maar ze zijn buitengewoon mooi en kunnen de hele zomer en in de herfst aanwezig zijn. Wat valt er nog meer te leren over gehoornde viooltjes door ernaar te lonken?

Het onderhoudsvriendelijke hoornviooltje komt oorspronkelijk uit de Pyreneeën

Kort en krachtig

  • Plantenfamilie en geslacht: Violet-familie, Viola
  • Herkomst: Pyreneeën, Noord-Spanje
  • Groei: kruidachtig, laag
  • Bloeiperiode: mei tot september
  • Bladeren: groenblijvend, ovaal, gekarteld
  • Standplaats: zonnig tot halfschaduw
  • Verzorging: nauwelijks zorgintensief
  • Winterhardheid: tot -12 °C
  • Vermeerdering: zaaien, delen, stekken
  • Bijzonderheden: eetbaar, giftig voor katten

Het gehoornde viooltje - met gehoornde bloemen

Gehoornde viooltjes danken hun naam aan een kleine uitloper. Je vindt het in het midden van de bloemen. Gehoornde viooltjes kunnen meerdere jaren overleven. Ze zijn winterhard tot -12 °C en gaan graag los.

Ook interessant voor lokale tuinen

Het is waar dat deze planten afkomstig zijn uit de Pyreneeën en delen van Noord-Spanje. Maar ze gedijen ook goed in lokale tuinen. De standplaats dient zonnig tot halfschaduw te zijn. Een humusrijke, voedselrijke en doorlatende ondergrond is minstens zo belangrijk als helderheid en warmte.

Wie gehoornde viooltjes in de tuin plant, hoeft er nauwelijks voor te zorgen. Op een geschikte plaats hoeven deze planten niet te worden bemest en bewaterd. Verwijder alleen de uitgebloeide bloemen. Dit heeft als voordeel dat er nieuwe bloemen ontstaan.

Van onder naar boven bekeken

Ze worden tussen de 20 en 30 cm. Hun groei is bossig tot uitgestrekt. In de bodem ontwikkelt zich een hardnekkige wortelstok. Daaruit ontspruiten op het oppervlak eivormige, puntige bladeren met inkepingen en behaard aan de onderkant. De bladeren zijn groenblijvend.

De geurende bloemen vormen tussen mei en juni en zijn te bewonderen tot augustus/september. Met een diameter tussen de 2 en 3 cm zijn ze kleiner dan die van viooltjes. Hun kleur is violet of lila. Sommige hybride soorten hebben verschillende bloemkleuren.

tips en trucs

Deze delicate wezens zijn vatbaar voor ziekten zoals echte meeldauw en stengelrot. Ze eten ook graag slakken en rupsen. Zorg daarom voor een behaaglijk klimaat en verharding in de vorm van mest en besproei met knoflook- of paardenstaartbouillon.

Categorie: