De granaatappelplanten worden bij voorkeur vermeerderd door stekken. Vermeerdering door zaaien is ook mogelijk, maar niet altijd veelbelovend qua bloei en vruchtvorming. Daarentegen geven de uit stekken gekweekte planten als jonge plant al volop bloemen.

Nieuwe granaatappelplanten kunnen in principe zowel uit zaden (generatief) als uit stekken (vegetatief) zonder problemen worden vermeerderd. De hobbytuinier moet zich er echter van bewust zijn dat de op deze manier gekweekte granaatappelboom mogelijk niet de gewenste eigenschappen heeft op het gebied van bloesem, vrucht, grootte, krachtige groei, enz.
De rijkbloeiende of langzaam groeiende soorten die in de speciaalzaak verkrijgbaar zijn, worden als geënte bomen aangeboden. In de tuinbouw is enten het proces waarbij twee delen van een plant - een onderstam en een telg - worden gecombineerd tot een plant met de gewenste eigenschappen.
Vegetatieve vermeerdering heeft de voorkeur
Hiervoor heb je één of meerdere stekken van een granaatappelboom nodig. Je snijdt ze in het vroege voorjaar voor nieuwe groei. Ongeveer 10-20 cm lange, bladloze zijscheuten zijn geschikt. Deze wordt in een plantenbak met potgrond of een voedselarm en los zand-turf mengsel geplaatst. Voor een optimale wortelontwikkeling dient het substraat constant vochtig te worden gehouden en mag de temperatuur niet onder de 20°C komen. Na ongeveer 4-6 weken zullen de stekken wortel schieten. Zodra het blad heeft, moet je het verpotten.
Generatieve voortplanting mogelijk
Het granaatappelseizoen in Duitsland is tussen september en december. Deze tijd kan worden gebruikt om nieuwe granaatappelplanten te kweken uit zaden van rijpe granaatappels. Het zaaien lukt met de volgende stappen:
- verwijder de zaden en verwijder het vruchtvlees,
- laat het indien nodig een nacht in warm water weken,
- Plaats de kernen in een plantenbak met goed bewaterde grond, niet afdekken met aarde,
- Warm en helder zaaien, het substraat gelijkmatig vochtig houden.
Afhankelijk van de substraattemperatuur zullen de zaden na 2-3 weken ontkiemen. De zaailingen hebben ook temperaturen van rond de 20° C en veel licht nodig voor hun ontwikkeling. Water is iets minder dan tijdens het ontkiemen, maar het substraat mag niet volledig uitdrogen.
tips en trucs
Een kas is ideaal om de temperatuur en luchtvochtigheid constant te houden. Je kunt de container ook afdekken met zaden met huishoudfolie. Daaronder moet het af en toe worden uitgezonden.
n / A