- Jij hebt nodig:
- Zo kun je binnen zaaien
- Prik de bleekselderij eruit
- Transplantatie in bed vanaf eind mei
- tips en trucs
Niet alleen zijn delicate smaak maakt selderij populair als groente. Het bevat ook veel vitamines en vezels en is ook laag in calorieën. Goede redenen om zelf de heerlijke bleekselderij in de tuin te kweken. Knolselderij en stengels worden niet direct op het veld gezaaid, maar binnen gekweekt in zaadtrays.

Jij hebt nodig:
- Kweektrays of kleine potten
- losse aarde
- zaad
- en een warm plekje op de vensterbank
Zo kun je binnen zaaien
De teelt van de jonge bleekselderij begint eind februari en duurt tot maart. Zaaien in zaaibakjes of kleine potjes in losse grond.
Selderij heeft licht nodig om te ontkiemen, dus de zaden worden slechts licht in de grond gedrukt. Je plaatst de kweekvaten op de lichte vensterbank; omgevingstemperaturen van 18 tot 22 graden Celsius zijn ideaal. Geef tijdens de teelt slechts spaarzaam water, bij voorkeur met een spuitfles.
Prik de bleekselderij eruit
Als de eerste 2 - 3 bladeren zijn uitgekomen, prikt u deze op een afstand van 4 - 5 cm uit. Alleen de sterkste planten blijven staan.
Tijdens het groeiseizoen kunt u de kleine bleekselderijplanten voorzien van vloeibare mest.
Transplantatie in bed vanaf eind mei
Als de ijsheiligen voorbij zijn, kunnen de selderijplanten verhuizen naar het goed voorbereide tuinbed. De plantafstand voor de bleekselderij is ca. 40 cm.
Het hart van de plant moet altijd aan de bovenkant uitsteken, zodat er sterke knollen kunnen ontstaan. Na het planten wordt de bleekselderij regelmatig bewaterd, vooral in droge periodes.
tips en trucs
Voordat ze naar de moestuin gaan, moeten de jonge bleekselderijplanten worden afgehard. Hiervoor worden de planten overdag buiten geplaatst. Net als bij de ontkiemingstemperaturen, moeten ook de buitentemperaturen rond de 18 graden Celsius liggen om uitschieten te voorkomen.