Prunus domestica staat in Europa al eeuwenlang hoog aangeschreven. De vruchten maken indruk met een sappige, fruitige consistentie. Met de juiste standplaatskeuze kunt u een onderhoudsarme, duurzame fruitboom planten. We onthullen de belangrijkste trucs.

Bewateringstips

Kleine bomen hebben veel water nodig. Hun wortels slaan weinig vloeistof op. Daarom mogen ze nooit uitdrogen. Het gebruik van regenwater wordt aanbevolen. Tijdens droge zomerperiodes ondersteunt regelmatig water geven de ontwikkeling van oudere pruimenbomen.

Verplanten: ja, maar goed!

Jonge pruimenbomen wisselen probleemloos van standplaats. Opgemerkt moet worden dat de hele kluit wordt meegenomen. Bovendien moeten beschadigde wortels worden verwijderd. Kies een zonnige en beschutte standplaats. In het vroege voorjaar, zodra de grond vorstvrij is, kan een jonge boom geplant worden. Als alternatief is de late herfst geschikt.

Tip:

De kluit is zo groot als de boomkroon.

Frosty alternatief:

Als je de planttijd hebt gemist, kan dit in de winter worden ingehaald. Voor het verplanten bij vriestemperaturen heeft u de volgende zaken nodig:

  • Tuingrond: vanaf het najaar in de kelder bewaren.
  • Graaf de kluit uit in het late najaar.
  • Graaf een greppel rond de kluit, vul royaal met bladeren of hooi.
  • Verandering van locatie: zodra de grond bevroren is

De juiste snoei op het juiste moment

De onderhoudsvriendelijke pruimenbomen moeten regelmatig worden gesnoeid. Een lichte snoei om de één tot twee jaar ondersteunt de ontwikkeling van vruchtscheuten. Merk op dat de scheuten maximaal vier tot vijf jaar vrucht dragen. Daarna vormen ze alleen bladeren of drogen ze op.

De volgende maatregelen zijn belangrijk:

  • Dun de binnenkant van de boomkroon uit
  • verwijder dode takken
  • natuurlijke kroonvorm: rond tot ovaal
  • Laterale leiders: verwijder ongeveer een derde van de lengte

vuistregel:

Snijd niet radicaal, maar stuk voor stuk met regelmatige tussenpozen. Vanaf het derde jaar van aanplant beginnen met het constant snoeien.

Hoe vatbaar zijn pruimen?

Kortom, de Prunus domestica wordt als resistent beschouwd. Het loont de moeite om jonge scheuten, bladeren en pruimen regelmatig te controleren op de volgende kenmerken:

  • schimmelplak
  • netten
  • voedselsporen
  • Verkleuring (-bijvoorbeeld: rood, geel, blauw)
  • Vervormingen, voornamelijk in fruit
  • zieke plekken (gaatjes in de bladeren)

Het verschijnen van deze details kan een teken zijn van een ziekte of plaagplaag. Een goede verzorging en een goede ligging voorkomen dit, maar worden niet als 100% bescherming beschouwd.

Wanneer en hoe vaak bemesten?

Een keer per jaar ondersteunt natuurlijke mest de ontwikkeling. Compost, mest of speciale vloeibare meststoffen voor fruitbomen zijn geschikt.

Welke maatregelen ondersteunen overwintering?

De onderhoudsvriendelijke pruimenboom overleeft de Europese winters goed. Op zeer koele plaatsen kan het gebruik van tuinvlies beschermen tegen vorstschade.

tips en trucs

Zelfvruchtende pruimenrassen hebben de voorkeur. Op deze manier is het planten van een boom voldoende. Anders zijn ten minste twee exemplaren vereist.

FT

Categorie: