Aloë vera heeft zijn natuurlijke habitat in gebieden waar slechts korte regenperiodes zijn. Het kan beter tegen de droogte dan tegen te veel vocht.

De aloë vera houdt niet van te vochtig

Aloë vera komt waarschijnlijk uit Zuid-Afrika. Het is nu inheems in vele tropische en subtropische gebieden van de wereld. Aloë groeit het beste bij matig warme temperaturen van rond de 22° Celsius en weinig luchtvochtigheid. De plant heeft ook veel licht nodig om te gedijen.

Vermijd wateroverlast

De dikke bladeren van aloë vera zijn in staat water op te slaan en kunnen daardoor lange tijd zonder water. Aloë vera tolereert geen wateroverlast. Het substraat dient daarom te bestaan uit een mengsel van aarde en zand, zodat overtollig water altijd kan doorstromen en weglopen. Een drainagelaag van potscherven en grind op de bodem van de pot is handig.

Geef geen water van bovenaf

De aloë's die in de zomer buiten staan, moeten ongeveer twee keer per week spaarzaam worden bewaterd. Na een verhuizing naar binnen, mag alleen water worden gegeven als de grond echt droog is. Giet in ieder geval direct op het substraat en niet op de bladeren.

Jonge planten hebben wat meer water nodig

Let bij de jonge planten op het volgende:

  • ze kunnen nog niet genoeg water in hun bladeren opslaan,
  • ze zijn afhankelijk van een regelmatige toevoer van water,
  • ze moeten slechts langzaam aan zonlicht worden geacclimatiseerd.

tips en trucs

Zoals bij alle planten, is regenwater ideaal om te besproeien. De zuinige aloë's vinden het echter niet erg als je gewoon kraanwater gebruikt om water te geven.

Categorie:

Kamerplanten