De guldenroede, oorspronkelijk afkomstig uit Noord-Amerika, staat bij ons bekend als een lastig, ongebreideld onkruid. Maar er zijn ook veel tuinwaardige cultivars die niet vermeerderen. Lage hybride vormen hebben een groeihoogte van slechts 30 centimeter, maar er zijn ook echte reuzen die tot 200 centimeter hoog worden. Ze hebben allemaal een voorkeur voor zonnige standplaatsen.

De guldenroede houdt van de zon

Het geheime recept van Guldenroede: Veel zon en vochtige grond

Naast een zonnige standplaats geeft de guldenroede ook de voorkeur aan matig voedselrijke, goed doorlatende en vochtige grond. Dit kan leem zijn, maar het wil niet te waterhoudend zijn. Zoals zoveel vaste planten, tolereert de guldenroede geen wateroverlast, zelfs niet als hij van vocht houdt.

Uitstekend geschikt voor bedden en borders

De zomervaste plant die bloeit van juli tot september is ideaal voor perken en borders. Het ziet er ook mooi uit in wilde bloementuinen. Goede plantpartners zijn onder meer: zomerbloeiende asters, fijne roggen (Erigeron), zonnebruid (Helenium), schurft (Scabiosa), Montbretia (Crocosmia) en grassen, zoals vedergras (Stipa).

tips

Verwijder uitgebloeide bloemscheuten tijdig om uitzaaien te voorkomen.

Categorie: